De man met de hoorn des overvloeds verwijst naar een beeld van Fortuna, de godin van het geluk en de schutsvrouwe van steden, families en volkeren. De overvloeiende hoorn, symbool voor geluk en macht, brengt materiële welstand aan ieder die ermee in aanraking komt.Maar de man die in Sneek de hoorn des overvloeds vasthoudt, staat op een gouden bol die voortdurend om zijn as draait. De bol wordt aangedreven door de terugstoot van het water dat uit de hoorn stroomt. Zo wordt de toestroom van het fortuin een onberekenbare, blinde kracht. Wie er profijt van heeft en hoe lang dat duurt, blijft een open vraag. Beslissend zijn het geluk en het lot. De overvloed die zich toevallig over ons uitstort, kan ons even snel weer ontnomen worden.De wisselvallige aard van de Hoorn des overvloeds weerspiegelt zich in de ambivalente gezichtsuitdrukking en neutrale kleding van de man. Je kunt er geen duidelijke gevoelstoestand of iets persoonlijks in ontdekken. Zijn onbestemdheid maakt dat wij de fontein van Fortuna ervaren als een tegenpool die de mens met zichzelf confronteert. Hij roept de vraag op wat we nu eigenlijk waarnemen en wat leven betekent. Tegelijk beseffen we dat geen enkel antwoord definitief kan zijn.