Keramist Paulien Ploeger heeft in kader van het project ‘Terpen- en Wierdenland, een verhaal in ontwikkeling’ de opdracht gekregen om een Stekje te creëren gebaseerd op de ontstaansgeschiedenis van Firdgum. Zij heeft zich laten inspireren door de gelaagde structuur van het landschap en de relatie van de terp met de zee. Beide zijn niet direct te zien, maar haar ontwerp maakt de landschapsgeschiedenis zichtbaar en laat bezoekers stilstaan bij het verleden.De kleuren van staanders zijn gebaseerd op de opbouw van de ondergrond op drie verschillende plekken in het dorpsgebied Firdgum: Dijkshoek, Firdgum en de Mieden. Lang geleden begon het allemaal met een dikke laag dekzand (grijs). Firdgum lag toen 450 km. van de zee verwijderd en de zeespiegel was 53 m. lager. Daarna ontstond als gevolg van de zeespiegelstijging en een hogere grondwaterstand een veenlaag (bruin). Die werd later, na andermaal een zeespiegelstijging, gedeeltelijk weggeslagen en/of overdekt met wadzand (zeeblauw). Deze drie grondlagen zijn weergegeven in de staanders.In de zitgedeeltes van het Stekje zijn de sporen van de kwelder, de kwelderwallen en de droogvallende zandplaten verbeeld. Het getijdebekken, de geulen hebben door de stroming telkens een andere vorm en kleur. Zo is ook elk bankje anders. De weerszijden van het zitgedeelte van de bankjes hebben een reliëfafdruk in klei. Dit patroon is een werkelijke afdruk van droge klei direct uit de omgeving. Zo is de zee weer terug bij de terp.
Dijkshoek, Firdgum, De Mieden
