30 oktober 2024

'Kunst kan ook iets zijn om meer over jezelf, anderen en de wereld om je heen te leren'

Educatie PO VO MBO HBO Kunstvak Nieuws Verhalen

Als een van de grondleggers van Wicked kunsteducatie was de vloer tijdens de Ideeënfabriek op 9 oktober voor Emiel Heijnen, lector Kunsteducatie en docent aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten. Hij reisde niet enkel naar Leeuwarden om de deelnemers erover te vertellen, maar ook om hen het te laten ervaren.

Zelf omschrijft Heijnen Wicked kunstcurricula als ‘betekenisvolle lessen en projecten die gebaseerd zijn op open opdrachten, waarin leerlingen, studenten en cursisten op speelse wijze worden uitgedaagd om te leren denken, voelen en werken als hedendaagse kunstenaars.’ Het concept sluit daarmee aan bij de kunstenaarsmindset waar Keunstwurk mee werkt.

“Ik herken er veel in,” zegt Heijnen daarover. “De stappen (anders kijken, durven voelen, helder denken en gewoon gaan maken, red.) zijn eigenlijk de stappen die in al onze lessen zitten. Gelukkig staat helder nadenken er ook tussen, want dat ontbreekt vaak bij de traditionele manier waarop kunsteducatie wordt gegeven.”

En daar heeft Heijnen kritiek op. Traditionele kunsteducatie is volgens hem veelal gericht op het instituut school en weinig op wat kinderen daadwerkelijk interessant vinden. Hij vindt dat in de lessen voorbij wordt gegaan aan wat er zich bijvoorbeeld in de wereld van de kunst afspeelt of in de wereld om de school heen. “Daarnaast omvat de traditionele schoolkunst vaak modellen waarbij iedereen in de klas hetzelfde maakt, stap voor stap. Dat is best leuk om te doen, maar je leert er op creatief vlak niet zoveel van. En dat willen wij juist zo graag hebben. Kunst is meer dan enkel maar leuke versieringen maken. Kunst kan ook iets zijn om meer over jezelf, anderen en de wereld om je heen te leren.”

Emiel in gesprek met deelnemers van de Ideeënfabriek.

Emiel in gesprek met deelnemers van de Ideeënfabriek.

Drie pijlers
Het zelf actief leren is volgens Heijnen dus belangrijk. “Wicked kunsteducatie baseert zich op het sociaal constructivisme, waarbij wordt voortgebouwd op reeds bestaande kennis. In het onderwijs wordt dat weleens vergeten. Een docent kan simpelweg beginnen te praten over bijvoorbeeld Griekse kunst, maar hij kan eerst ook peilen wat de kinderen er al over weten. Zo kun je een link leggen met kennis die er al is, wat het leren bevordert.”

Een ander belangrijk onderdeel van Wicked kunsteducatie is het sociale aspect ervan. Leren is volgens Heijnen een collectief proces. “Leren doe je nooit in je eentje, dat bestaat eigenlijk gewoon niet. Leren doe je altijd met elkaar. Wij willen dat je eigen werk ook aan de klas wordt gepresenteerd en dat leerlingen uitleggen welke keuzes ze hebben gemaakt. Klasgenoten moeten daarbij niet enkel kijken en luisteren, maar ook reageren en feedback geven.”

Een derde belangrijk aspect van Wicked kunsteducatie is de echtheid ervan, zoals Heijnen het omschrijft. “Dat wat de leerling doet, moet niet voelen als een opdracht voor school, maar als iets dat te maken heeft met zijn of haar eigen leven of het echte leven buiten de school.” Het onderwijs wordt daardoor betekenisvol.

Waar komt de term Wicked kunsteducatie vandaan?
“Wicked problems zijn ingewikkelde, interdisciplinaire problemen die alleen vanuit een onderzoekende houding zijn op te lossen. Aan een wicked problem is een complexiteit verbonden en er zit ook iets ‘geks’ aan, iets ‘wickeds’. De term heeft dus meerdere kanten. Met Wicked kunsteducatie willen we die complexiteit aansnijden en leerlingen uit hun comfortzone halen.

Met ketchup in de weer
Vanuit het werkveld ontvangt Heijnen veel positieve reacties. De originele benaderingswijze enthousiasmeert docenten en dat heeft vervolgens ook zijn doorwerking op de leerlingen. “Ik moet denken aan een lesproject van Annemee Dik en Ritchie Walker waarvoor leerlingen voor een detectivebureau fictieve moordscènes mochten ensceneren. Dat vond ik helemaal te gek, omdat ik dacht: dit vinden leerlingen heel gaaf om te doen. Ze mogen iets doen wat normaal nooit mag en ze mogen met ketchup en alles in de weer, maar ze moeten het vervolgens wel als echte professionele fotografen vastleggen, waarbij ze de besproken theorie over kunstzinnige misdaadfotografie kunnen toepassen.”

Volgens Heijnen worden leerlingen door zulk soort opdrachten gemotiveerd en uitgedaagd, omdat ze open zijn, aansluiten bij de belevingswereld van leerlingen en ze meenemen naar de kunstwereld. Ook krijgt hij van docenten regelmatig terug dat jongeren door de Wicked kunsteducatie opeens ervaren dat kunst een belangrijk vak is en dat er ook een verdiepend element aan verbonden is.

Open, maar niet té
Hoewel Heijnen van mening is dat Wicked kunsteducatie het best door kunstvakdocenten kan worden gegeven, kan het volgens hem in principe door elke leraar worden opgepakt. Erg belangrijk is hoe opdrachten wordt vormgegeven. Ze moeten open zijn, maar niet té. “Dan krijg je witte pagina-angst en dan vervallen leerlingen vaak in clichés. Ze weten in dat geval niet goed wat ze moeten doen en tekenen daarom maar weer een blauwe wolk en een gele zon.”

Er moeten dus bepaalde kaders zijn. “Een goede opdracht geeft je ruimte voor creatieve ideeën, maar sluit ook bepaalde wegen af, zodat je niet overal over na hoeft te denken. Als docent kun je richting geven door met een thema of bepaald materiaal te werken, een tijdsslot te geven of door leerlingen een probleem te laten oplossen.”

Leren door te doen
Heijnen is ervan overtuigd dat je beter leert door het zelf te doen; iets dat volgens hem niet enkel geldt voor leerlingen, maar net zo goed voor docenten. Op die manier stak hij zijn workshop bij Keunstwurk ook in. In plaats van dat hij de deelnemers simpelweg een lezing voorschotelde, zette hij ze aan het werk.

Daarvoor had Heijnen twee opdrachten bedacht. Voor de eerste werden de ruim veertig deelnemers in groepjes van drie de stad in gestuurd, om in negen foto’s het DNA van Leeuwarden te vangen. Iedereen mocht z’n creativiteit de vrije loop laten, met als beperking het thema en een deadline.

De bijzonderste inzendingen kwamen voorbij. Zo slaagde een groepje erin de zogenaamde alien van Leeuwarden te betrappen, terwijl een ander groepje de ‘scheuren’ en verzakkingen van de stad in beeld wist te brengen.

Later op de middag, na theorie over het maken van kunstopdrachten, volgde de tweede opdracht. Daarbij werden de deelnemers flink op de proef gesteld: binnen vijf minuten moesten ze een nieuw Wicked kunstproject bedenken. Waar dit enerzijds tot stress leidde, bracht het ook ingenieuze ideeën voort. Zo varieerden de inzendingen van ‘Verbeeld je frustratie in een luciferdoosje’ tot ‘Dans het kerstverhaal vanuit het perspectief van de dieren’ en ‘Pimp je oude speelgoed op tot meubelstuk’.

Hier vind je de Wicked assignements die de deelnemers hebben gemaakt tijdens de Ideeënfabriek > Wicked Assignments 1 en Wicked Assignments 2.

Breed toepasbaar, voor po en vo
Doordat de opdrachten goed aansloegen bij de diverse deelnemers aan de workshop, liet Heijnen zien dat Wicked kunsteducatie breed toepasbaar is en ook losstaat van doelgroepen. “Natuurlijk zijn er wel verschillen in de toepasbaarheid voor het PO en het VO. Dat zit hem met name in de complexiteit: die kan bij jonge kinderen minder groot zijn dan bij oudere leerlingen. Toch adviseren we ook weleens om de doelgroep te vergeten tijdens het educatieve ontwerpproces. Mensen komen anders heel snel met aannames: ‘bij die kun je dit niet doen, bij die dat niet’. Het klopt wel, maar het helpt je niet altijd bij het creatieve proces.”

Deelnemers over de workshop
De Ideeënfabriek heeft me wel geïnspireerd. De eerste opdracht vond ik bijvoorbeeld erg leuk om te doen. Zelf denk ik al snel in beperkingen, dus het was heel goed voor mij om dit eens te ondervinden. Ik ging weer meer openstaan en breder denken, dat maakte me enthousiast. Ik ga het dan ook zeker toepassen. Het is vaak veilig om terug te vallen op standaardopdrachten, maar als je je leerlingen beter leert kennen, dan kun je best wat meer durven. Ik deed dat vroeger wel, maar ik ben met de jaren weer wat teruggezakt.” – Sascha Verboon, kunstdocent op het Dalton Dokkum.

Ik was al bekend met Wicked kunsteducatie, maar de theorie is voor mij nu veel scherper geworden. Het komt erg overeen met hoe we opereren op de academie en mijn werkwijze resoneert ermee. Ik laat mijn leerlingen spelenderwijs en vaak los van disciplines opereren. Ik geef ze een case en daarmee moeten ze aan de slag, ze moeten zelf maar zien hoe ze het oplossen. Dat kan soms interdisciplinair.” – Michel Pitstra, docent op de Academie voor Popcultuur.

Wil je meer weten over Wicked kunsteducatie?
Lees Wicked Arts Assignments (Emiel Heijnen en Melissa Bremmer) of het binnenkort te verschijnen Wicked Kunsteducatie (Melissa Bremmer, Emiel Heijnen en Folkert Haanstra).
Bremmer en Haanstra staan naast Heijnen aan de basis van Wicked kunsteducatie.

Wil je ermee aan de slag op jouw school?
Elk educatietraject op een school begint met een gesprek met de cultuurverbinder. Die weet namelijk wat er speelt in jouw regio en hoe we samenwerken met het kunstencentrum en het regionale aanbod. Er zijn meerdere cultuurverbinders, verdeeld over elf regio’s in Friesland. Hieronder zie je welke cultuurverbinder in jouw regio werkt. Ga samen aan de slag!

Tekst: Klaske Berger
Fotografie: Aron Weidenaar.

Ga in gesprek met de cultuurverbinder in jouw regio!